WIE BESCHERMT ONZE FRAGIELE KERK?
Kunstinstallatie in Oude Kerk tergt reguliere kerkganger

 

[Het Parool, 22-11-2019
PDF: Oudekerkparool]

 

De installatie Poems for Earthlings van de Argentijnse kunstenaar Adrián Villar Rojas symboliseert ‘een verdedigingslinie tegen alles waartegen wij ons willen beschermen’. Zo introduceert de Stichting de Oude Kerk, die het gebouw als museum exploiteert, haar nieuwste project, dat gisteren is geopend: de kerk verweert zich tegen ‘destructieve aanvallen van buitenaf.’

Voor de kerkgangers van de protestantse Oude Kerkgemeente heeft deze bescherming tegen destructieve aanvallen de volgende gevolgen. Tot eind april moeten zij zich een weg banen door een verduisterde kerk, via een soort loopgravenlandschap, tussen torenhoog opgetaste zandzakken en staketsels, langs de weggetimmerde preekstoel, om uiteindelijk een zijkapel te bereiken waar zij als in een schuilkerk hun dienst kunnen houden. Voor gemeenteleden die slecht ter been zijn, is de omweg langs en over alle obstakels te zwaar; zij zijn uitgeweken, sommigen zelfs naar die andere Nicolaaskerk, de paapse, aan de Prins Hendrikkade.

Volgens de gebruiksovereenkomst moet de Stichting, die sinds 1955 eigenares is van de kerk, het middenschip ‘in schone en voor de aard van de activiteiten bruikbare staat’ ter beschikking stellen voor de kerkdiensten van de protestantse gemeente. Bij exposities en dergelijke moet die ruimte ‘redelijkerwijs vrij zijn van hinderlijke voorwerpen of andere zaken die indruisen tegen de aard van de kerkdiensten.’

Dat is niet de enige afspraak die de Stichting met voeten treedt. Ook de toezegging dat het gebouw zou worden ontzien, wordt niet nagekomen, stelden kerkgangers de afgelopen weken vast. In de kerkruimte zou niet worden gezaagd - de unieke zerkenvloer lag hier en daar onder het zaagsel. Uit kandelaars met druipkaarsen was kaarsvet op de grafstenen gedropen. Tot april wordt het verduisterde gebouw met zijn kurkdroge houten gebint, nu aangevuld met allerhande houten frames en betimmeringen, verlicht met kaarsen.

Afgelopen zondag vond na de kerkdienst een discussie met de kunstenaar plaats, waarbij een reeks van verontwaardigde gemeenteleden hem om rekenschap vroeg: Waarom deze kerk, juist vermaard vanwege zijn stralende licht, verduisteren? Antwoord: ‘Ik hou niet zo van licht, ik knip het altijd uit.’ Een andere kerkganger: ‘Dit werk is volstrekt destructief, volstrekt duister, zoals je zelf zegt: je houdt niet van licht. Maar dit is onze gemeenschap, die alleen hier en nu vorm krijgt. Je hebt het alleen over het gebouw, niet over de mensen die je in deze situatie brengt.’

Intussen begonnen harde geluiden uit het schip van de kerk het gesprek te overstemmen. Wagens, zwaarbeladen met frames en met zand en foam gevulde zakken denderden over de net gerestaureerde zerkenvloer. Mannen met stofmaskers voor hun mond waren bezig de zakken op te stapelen. Stof had zich opgehoopt tegen de plinten van de zware houten constructies die op de kwetsbare grafstenen zijn neergezet, en dwarrelde op onder het ook pas gerestaureerde Vater-Müllerorgel. Een week tevoren waren ook een vorkheftruck en een hoogwerker op rupsbanden aan het werk.

Tijdens de dienst worden altijd de aanwezige kinderen even naar voren geroepen. ‘En, hoe vind je de kerk er bij staan?’ vroeg de dominee aan een meisje. ‘Stom!’ antwoordde ze resoluut. De al langer oplopende spanning tussen de kerkgemeente en het Stichtingsbestuur is met deze expositie een nieuwe fase ingegaan. Het conflict heeft nu zulke vormen aangenomen dat een proces van ‘mediation’ is gestart, met vooralsnog onzekere uitkomst.

Zelfs deze tot inschikkelijkheid en accommodatie geneigde kerkmensen beginnen zich te realiseren dat ze zich als kikkers in de pan laten koken door een Stichtingsbestuur dat hen met steeds grotere, ingrijpender en langduriger kunstprojecten letterlijk en figuurlijk in de hoek drukt. In 2015 een zwaar houten ‘dakterras’ boven op het fragiele, nauwelijks gefundeerde gebouw. In 2017 een kerk vol gigantische zwarte dozen. Nu de hele ruimte volgebouwd met zwaar, stoffig en brandbaar materiaal. Wat zal de volgende stap zijn? Een ingrijpender belasting en aantasting van het kerkgebouw is nauwelijks te bedenken. In ieder geval kan niemand zeggen niet te hebben geweten van de manier waarop hier wordt omgesprongen met Amsterdams voornaamste en oudste monument.

 

Terug naar overzicht met artikelen